Verslag ontmoetingsmorgen voor predikanten en kerkelijk werker 4 september 2020

Thema: Samenlevingspastoraat in Groninger context

  1. Welkom Liebrecht Hellinga heet iedereen welkom. Het is een bont gezelschap geworden; helaas moesten enkelen zich afmelden. Hij stelt zichzelf kort voor. Leest 2 Bijbelteksten (die ook PKA centraal heeft staan): Micha 6:8 en Psalm 24:1-2. Deze dag is ontstaan n.a.v. diverse telefoongesprekken die hij in april jl. heeft gehad. Liebrecht stelt enkele mensen specifiek voor: Marjo van Bergen (GVA), Jolanda Jager (GGB) Dhani en Simone Hoekstra (hongerstaking), Jan Hommes (classispredikant Groningen Drenthe), Mark de Jager (Jonge Theoloog des Vaderlands – Samuel Lee was helaas verhinderd), Mark Schippers (ambassadeur Dorps-kerkenbeweging PKN) en Jacobine Gelderloos met wie hij ‘samenlevingspastoraat’ begonnen is, hoewel het toen nog niet zo genoemd werd.

Jacobine Gelderloos: heeft ‘samenlevingspastoraat’ niet bedacht. Organiseerde een webinar en daar werd gezegd “laten we het samenlevingspastoraat” noemen. Gaat om ruimte voor emoties in deze tijd en als kerk er te zijn (luisterend oor). Samenlevingspastoraat is behulpzaam bij de misvatting dat pastoraat alleen binnen de kerk gebeurd en diaconaat buiten de kerk. Het zijn niet 2 aparte dingen. ‘Hoe kan ik overeind blijven in wat me overkomt?’, dát staat centraal. Liebrecht: in de Groninger samenleving hoor je vaak over diverse onderwerpen. Jij hebt het boek “Sporen van Groningen in het dorp” (een must voor Groninger predikanten) geschreven. Wat heeft de kerk bv. met aardbevingen te maken. Wat is de rol van de kerk hierbij? Jacobine: centraal staat de presentie. Als geloofsgemeenschap er zijn. Luisteren en een stem geven; dat is essentieel. De kerk heeft een signalerende functie; kan pijn en dilemma’s benoemen; een podium met verschillende achtergronden, zonder veroordeling. Maar zij is ook profetisch, een pleitbezorger.

Liebrecht: heeft collegae benaderd, primair omdat je in de gemeente/pastorale praktijk te maken hebt met de gevolgen van gaswinning. Soms speelt dit geen rol, soms komt het met grote regelmaat aan de orde. Als kerk wil je van betekenis zijn voor de samenleving, maar hoe kan je daarbij aansluiten? Je bent er onderdeel van, je staat ook in de samenleving. Maar kerken zijn niet in beeld als gesprekspartner bij gemeenten. Jacobine: ‘hoe kan je de kloof overbruggen tussen kerk en samenleving?’ die vraagt drijft de Dorpskerkenbeweging. Hoe kan je merkbaar aanwezig zijn? Een ander perspectief krijgen – het vertrekpunt is: wat speelt er in (deze) samenleving? Welk appèl doet dat op ons? In gesprek gaan, ook met hen die er al mee bezig zijn. Contact zoeken (bv. met scholen): wie heeft er al contact met wie? Het is een tweerichtingsverkeer: nodig dorpsbewoners uit en werk mee met dorpsplannen. Je hebt een gedeeld verlangen: dat het goed gaat met het dorp. Je deelt een verlangen, een zorg. De grootste kloof om te overbruggen zit vaak in ons hoofd.

Je bènt deel van de samenleving en maak dat bekend.

Liebrecht: besef: als kerk stá je in de samenleving. Je bent present, aanwezig. Je bent medevormend. Er is verbondenheid. De kerk is als geloofsgemeenschap aanwezig. In 2017 zijn we begonnen met Geestelijke Verzorging in het Aardbevingsgebied (GVA). Hoe verhouden GV (geestelijke verzorging) en kerk & pastoraat zich? Beiden zijn gericht op levensvragen. Pastoraat vanuit een gelovig perspectief en GV vaak niet gebonden aan een kerk. GVA is vanuit het Platform Kerk&Aardbeving (PKA) gekomen, maar bewust intermaatschappelijk gehouden. GVA wil mensen professioneel bijstaan in persoonlijke situaties. Samenlevingspastoraat legt de nadruk op er zijn. Primair voor de kerk, maar ook voor daarbuiten. GV is vaak aanvullend en coachend voor pastoraat. Het kan helpen bij vorming van het beeld van de samenleving. Je kan elkaar doorverwijzen. Hoe van betekenis zijn voor de samenleving? Samenlevingspastoraat is presentie-pastoraat. Zoals Jezus dat deed. Samenlevingspastoraat is vooral dat je een heleboel niet moet doen ;-). Soms is dat knap lastig. Maar juist er zijn voor de ander: luisteren, erkennen, signaleren, soms aanwijzen – dat geeft ruimte. Jacobine: vooral ‘ruimte’ is belangrijk! Ruimte voor vragen, pijn, ontmoeting. Maar, er ook blijven. Na de vuurwerkramp in Enschede kreeg men daar de tip vanuit de Bijlmerramp: zorg dat je er bent èn blijft! Betrouwbaarheid. Liebrecht: vragen als ‘waar bevindt de ander zich? Waarom nu?’ spelen een grote rol. Samuel Wells geeft in zijn boek (Het Nazareth manifest) tips over hoe je ook predikant kunt zijn zónder meer te doen. Hij leerde: je bent niet nodig, maar in de ontmoeting met de ander kan je van betekenis zijn. Oprechte belangstelling maakt jou welkom, opent deuren. Je kan de ander ondersteunen en het bouwt jezelf en de (geloofs)gemeenschap op. Jacobine zal in de pauze een flyer neerleggen met suggesties voor gesprek met dorp/wijk.

  1. Casus 1: rol van PKA en GVA bij hongerstaking in Groningen Liebrecht zal met Dhani en Simone Hoekstra en Marjo van Bergen een gesprek hebben zoals ze dat aan de keukentafel hadden. Dhani: komt niet uit Groningen, woont nu in een mooi gebied, maar de problematiek is ernstig. Toen hij hier in ’16 kwam wonen, kende hij de problematiek, maar dat was meer ver-van-mijn-bed. Toen kwamen de brieven van instanties … en die bleven maar komen. Allerlei mensen kwamen over de vloer. Maar je kreeg overal nul op rekest. Voelde als vechten tegen de bierkaai. Dat kon hij nog aan. Toen kwamen naast deze problemen psychische problemen, ook voor hun dochter. Maar er was daar geen tijd en ruimte voor door de dagelijkse problemen. De knop ging om tijdens een gesprek (4 februari) met de kinderpsycholoog: hun dochter kon niet geholpen worden omdat de aardbevingsproblematiek teveel tijd in beslag nam …. Er was geen ruimte. Hij had al vaker ‘hongerstaking’ genoemd, toen zei hij ook dat hij er over 2 dagen mee zou beginnen. Dat heeft exact 6 weken geduurd. Hij moest iets forceren. Het was heel ingrijpend. Hij moest zelfs stoppen met werk. De eindstreep kwam in zicht, maar er was nog zoveel te regelen. Liebrecht: Simone, hoe was het voor jou? Simone: dubbel: verdrietig èn het gaf kracht. Je doet nog iets. We hadden alles al geprobeerd, maar we werden niet serieus genomen. Maar het middel is niet gezond – moet je zó ver gaan? Mooi was wel de belangstelling, ook van onbekenden, media etc. Liebrecht: velen wisten jullie te vinden. Jullie belden mij op, daarna nam Marjo contact op met mij. Suzan: Jan Holtman kwam over de vloer, die kende jou. Hij vroeg: ‘wat wil je?’. Nou, oplossen! Maar hoe, of wat? Jan zei: bel die Liebrecht eens, die kent de aardbevingsproblematiek in de breedte. Met de vraag: hoe nu verder? Liebrecht: Jan Holtman is de 1e hongerstaker, die in Appingedam tegenover CVW zat. Liebrecht was toen voorganger in Appingedam en ging uit interesse kijken, ‘hoe gaat het?’. Hij wilde vooral mensen bijstaan die problemen hadden. Door PKA was hij goed op de hoogte van de problematiek.

Marjo: is GV-er, mensen bellen haar vaker. Is op eigen initiatief gegaan (na de 1e aanloop), omdat zij over Dhani en Simone had gehoord. Henk had haar geattendeerd op de hongerstaking (hij kwam daar regelmatig) en zou haar wel introduceren. Zo kwam zij in contact met Simone, waar ze regelmatig langskwam, appte en belde. Simone was in de keuken, Dhani in de caravan. Simone had allerlei activisten om zich heen, was vaak aan de telefoon, op zoek naar mensen met de juiste info. Marjo hoorde ‘Liebrecht’ en dacht ‘.. die ken ik, die kan een rol spelen’. Ze belde Liebrecht om met hem kort te sluiten wat te doen. Liebrecht: en zo ontstond een samenwerking. Op wat voor manier hebben jullie onze betrokkenheid ervaren? Opeens aan tafel met een dominee en GV-er 😉 Simone: luisteren, begrip. Betrokkenheid hielp met beide benen op de grond te blijven. Relativeren – dat heb je zó nodig. In het héle proces, niet alleen bij de hongerstaking. Dhani: met de hongerstaking kwam een enorm circus, hij zat zó bij bv. Jinek. Het ging heel snel. Hij is nuchter, maar had sturing/steun nodig: waar gáát het om? Kern: aandacht voor de problematiek. Activisten gaven veel tips. Maar je hebt ook mensen nodig die relativeren en geestelijk ondersteunen. Soms heb je mensen nodig die alleen maar luisteren. Hij had weinig zingeving. Hongerstaking gaf doel, maar kan je niet alleen. Vond het fijn dat Liebrecht als negotiator voor hen was. Geeft een voorbeeld. Dhani had vooroordelen, kon soms niet meer objectief denken. Dan hielp het als iemand zei ‘wat is de kern?’. Daarover in gesprek (blijven). Hij merkte dat hij meer met Marjo gemeen had dan verwacht. Belangrijk dat er een luisterend oor was, die er niet dagelijks in zat. Heeft veel met haar gesproken, ook over andere onderwerpen. Belangrijk: Groningers hebben niet veel talent om voor zichzelf op te komen! Dat moet je doen. Velen vinden het moeilijk om erover te praten; houdt dat in je achterhoofd. Schaamte bezwaard mensen. Maar dan mis je de ondersteuning – die heb je gewoon nodig. Wil dat graag extra benadrukken. Liebrecht: steun verwoorden, waar gaat het over. Ondersteunden wij jullie hongerstaking? Simone: nee. Had sterk gevoel dat jullie dachten ‘ga niet verder met de actie. Het is je eigen keuze, maar liever niet zo’. Maar, we werden er ook niet op veroordeeld. Hebben wel hulp gevoeld. Liebrecht: dit is wel een uitzonderlijke situatie van samenlevingspastoraat. Wat doe je als dominee aan de keukentafel? Maar blijkbaar werkt het wel. Marjo, wat zag jij in onze samenwerking? Marjo: 2 mensen die tot het uiterste gaan, met het risico om uit de bocht te vliegen. Er is veel interventie geweest. Zag dat er een anker nodig was. Liebrecht: zag een gezin omringt met goed bedoelende vrienden, maar die niet wisten hoe verder. Hij kwam er niet als helper, maar om te luisteren. Hoe versta je elkaar, bv. in gesprek met de instanties. Straks moet je weer je leven oppakken. Marjo: had een soort hotline met Liebrecht, een ’taakverdeling’ gemaakt. Liebrecht had een soort ‘status’, omdat hij deel van het instituut kerk was, en onderdeel van PKA. Daarom deed hij ‘dit’ en ik ‘dat’. We waren er ook voor de aanwezigen. Liebrecht: benadrukt: als kerk ben je meer neutraal dan je denkt. Zeker als je geen agenda hebt. Die neutrale, onafhankelijke positie wordt gezien. Je moet soms tegen vooroordelen inroeien, maar je kan dan ook iets laten zien van onze geweldige boodschap.

Pauze

  1. Casus 2: hoe vanuit het GGB naar kerken wordt gekeken Liebrecht: Suzan Top kon helaas niet komen, maar Jolanda Jager vertegenwoordigt hier het Groninger Gasberaad (GGB). Het GGB is een collectief van maatschappelijke organisaties, en PKA is er sinds ’16 bij. Eerst met Jacobine als vertegenwoordiger, nu hijzelf. Leerzame periode, maar ook lastig. Want: wat is de inbreng van ‘kerken’ hierin? We hebben geen maatschappelijke of politieke belangen. Hoe ervaren jullie PKA in het GGB? Jolanda: geeft een korte uitleg wat GGB is en wie erbij betrokken zijn. Voordeel: PKA is er voor de bewoners/inwoners van Groningen. Een compliment waard: het aardbevingsdossier is zo groot, en beroerd om alle kerken bijeen te brengen. 😉

Liebrecht werd stiller, wat logisch is: er is overdonderend veel info en contact. Geen dag is gelijk, veel gaat opeens anders. Je moet veel schakelen. Liebrecht is verbinder van organisaties en achterland. Als hij wat zegt, luistert ieder. Hij geeft stof tot nadenken, ook over ieders eigen rol. Er is een verbinding met GV-ers. Bij dossier van Dhani en Simone Hoekstra (zelf deels bij betrokken) was het geruststellend te weten dat er een achterban was waar zij hun ei kwijt konden. Wij zijn goed in info verzamelen en probleem oplossen. Liebrecht: herinnert zich vergaderingen met leuke momenten, ruimte voor persoonlijke ontmoetingen. Degenen die het hardste roepen niets met kerk/geloof te hebben, zijn juist degenen die daar het eerst naar vragen. ;-). Als je blijft wie je bent, kom je tot gesprekken die ertoe doen. Het is belangrijk om betrokken te zijn. GGB is een klein onderdeel van de samenleving. En blijkbaar ben je daarin van betekenis. Waarom doe je wat je doet? Geloof je wat je gelooft? Zeg je wat je zegt? Blijkbaar is onze rol soms anders dan wij als kerken denken. Jullie geven ons/mij een plek – doe daar wat mee. Wees verbinders. Jolanda: Jacobine noemde eerder ‘pleitbezorger’ .. was verbaasd over de licht activistische toon. Vond zelf de kerk altijd suf; was erg verbaasd toen ze Liebrecht voor het eerst ontmoette. Er zijn nog veel problemen, het werk is nog niet gedaan. Liebrecht: realiseert: als kerk heb je een onafhankelijke plek: neem die plek in. Je kan dicht bij mensen komen. PKA leerde op die plek te komen waar je als kerkelijk vertegenwoordiger nooit zou komen. Je kan er voor hen zijn. En thuis besef je dan pas wat je hebt ‘gedaan’. Jolanda: hoe mensen bereiken – dat is ook voor ons lastig. Niet iedereen zoekt contact. Soms noemt men krampachtig dit onderwerp niet. Bij een speciale dag hierover, ‘gaan we het nu over hebben’ en dan wordt er wel gedeeld met elkaar. Ze hoort vaak ‘eindelijk iemand die luistert, zonder oordeel’ als men hen belt. Veel instellingen willen van alles, GGB wil ‘niets’. Liebrecht: gesprek met andere maatschappelijke organisaties is nodig. Kerkleden hebben contact/netwerken die verder reiken. Woorden van predikanten kunnen zo ook verder reiken. Belangstelling, open staan: dat opent meer deuren. Moet je dan ook meer doen? Nee, maar wel anders. Jolanda: GGB heeft een rapport “Boudel op rieg”geschreven, gaan daarmee op tournee door de provincie. Het rapport wordt gratis uitgedeeld, op diverse plekken.

  1. Geestelijke Verzorging en Pastoraat Liebrecht: heeft in ’17 gesolliciteerd bij de Krijgsraad, is het niet geworden. PKA zei ‘fijn dat je niet weggaat’. Zette hem aan het denken: waarom waren er eigenlijk geen GV-ers in Groningen? Je kunt naar de psycholoog verwijzen, maar geef je mensen dan niet nog een probleem erbij? Diverse mensen en organisaties werden benaderd en zo is het mogelijk geworden GV-ers aan te stellen in Groningen voor het aardbevingsgebied (GVA). Melissa Dales kon i.v.m. privé-omstandigheden niet aanwezig zijn, Marjo van Bergen heeft haar op film geïnterviewd. Melissa: er is verschil tussen GV en pastoraat. Als dominee werk je binnen de kerk, een (redelijk) afgebakende groep. GV is heel fluïde, de hele provincie, jong-oud, kerkelijk of juist niet. Je gaat de wereld in en maakt contact; je laat zien wat GV is en hoe dat allemaal kan. Zelfs in de supermarkt 😉 Men kan zijn verhaal bij GV-er kwijt, en dat blijft daar ook. Het gaat om levens van mensen. Anders dan bij ‘predikant’ heb je geen stempel. Je bent meer ‘jezelf’. Maar je moet soms wel meer moeite doen om die diepere laag aan te boren. Kaders zijn minder duidelijk. Mensen hebben een beeld van ‘predikant’. Een GV-er mag meer van zichzelf laten zien. GV-er neemt meer zichzelf mee, je eigen persoonlijkheid en opvattingen en wat je minder vindt. Geeft voorbeeld van een echtpaar: langdurige begeleiding i.v.m. problemen, en daarbij komt ook nog aardbevingsproblematiek. Wat maak je dan door? Durf je nog te dromen? Vanzelfsprekendheid valt weg. Als GVA hebben we het weinig over geloof, wel waarìn men gelooft. Eigen levensbeschouwing is voor haarzelf wel belangrijk. Je bent meer dan de som der delen. Samenlevingspastoraat – tips voor predikanten: laat jezèlf zien, niet een functie of instituut. Daar is winst te halen. Daar kan je aan bijdragen: workshops 1-op-1 gesprekken, mediacommunicatie naar buiten, social media-gebruik. Daarin kunnen we samen verder komen.

Liebrecht: samenlevingspastoraat is een nieuw concept, het is nog in wording. Soms denk je: nóg meer … agenda nóg voller … pfff … Hij heeft geleerd: je gaat niet nóg meer doen, maar ánders doen. Zeker Wells triggerde hem: hoe kijk je naar kerk en samenleving? Het vloeit meer in elkaar over. Vanuit eigen overtuiging spreken geeft vaak meer ruimte. Maar dan moet je wel kwetsbaar durven zijn. Sparren met iemand die je begrijpt. Elkaar tot hand en voet zijn.

Ruimte voor vragen en opmerkingen. Jan van Asselt (PKA): zag een vacature. Komt er aanvulling? Dat zou mooi zijn. Marjo: inderdaad, we groeien. VWS heeft wat financiën beschikbaar gesteld, waardoor we kunnen opschalen. Nagedacht over hoe we meer kunnen optreden, ook voor groepen. Heel blij dat er meer mensen komen, zo vorm je een echt team. Thijs v/d Kamp (dominee Ger.Vrijg.Kerk Winsum): leerzaam. Valkuil voorgangers is dat je je boodschap kwijt wil. In contact moet je je dan inhouden: eerst luisteren, en luisteren, en luisteren. Toch proeft hij soort schroom/krampachtigheid om het over Jezus te hebben. Klopt dat? Maar hoe kan je dan present zijn als kerk? Liebrecht: heeft het hier ook met collegae over gehad. Merkt zelf: als persoon leven in/uit je relatie met Jezus. Tegelijkertijd nu/hier is mijn roeping Jezus te vertegenwoordigen in de gemeenschap en als persoon. Iets van Hem laten zien. Er zijn tal van vooroordelen. Je bènt christen, maar daar hoef je niet over te beginnen. Marjo: een groot aantal mensen heeft een hekel aan alles wat christelijk/kerkelijk is. En, mensen onder druk hebben een korter lontje. Hoe ga je om met hoop, verlies, vertrouwen? Als GV-er ben je getraind daarmee om te gaan en in gesprek te gaan. Belangrijk daarom naast elkaar te staan. Liebrecht: ziet die aanvulling ook. Verschil hoeft niet te bijten. Er is wederzijds respect. Marjo: heeft ervaren dat achter taal een diepere laag zit van wat we geloven. Bij een ‘nu niet’ heb je dat te respecteren. Mark de Jager: vraagt zich af als pastoraat bij de kerk hoort en geestelijke verzorging bij de provincie: is alle pastoraat dan samenlevingspastoraat – wat is dan het verschil? Hoe onderscheid je dat voor de samenleving? Wie bereik je als je opbelt? Marjo: een dominee is bekend, een GV-er heeft dat niet. Krijgt vaak reacties als ‘bent u van de GGD?’. ‘Ik ben niet van de kerk’. ‘Ik ga niet dood’. Zowel dominee als GV-er heeft een imago-probleem, Bij samenlevingspastoraat schuif je beiden wat op. Jullie 1e taak is vanuit kerken te werken. Dát is een verschil. Als wij te maken hebben met de kerk is dat een extraatje. Mark de Jager: hoe weet ik wie ik moet bellen als er wat is? Marjo: vaak wordt men doorverwezen. Men kan via allerlei kanalen binnen komen, vaak is onduidelijk hoe dat gebeurt. Liebrecht: had zelf nooit bedacht dat Simone Hoekstra bij hem zou komen. Zijn droom is zijn als Jezus in de evangeliën: midden in de samenleving staan. Soms was Hij zoek, dan was Hij in gesprek met Zijn Vader. Hij was onderdeel van de samenleving, men kende Hem. Wij zitten zondags in onze bunker. Velen weten niet wat we daar doen, misschien moeten we meer contact hebben. Waar contacten/bijeenkomsten zijn, daar ook aanwezig zijn. Je wordt dan gezien en daardoor meer benaderbaar. Samenwerking is heel belangrijk. Belangrijk: je bent er voor de mensen. Zichtbaar zijn. Harmen Jansen: ‘dorpskerkenbeweging’, dat kriebelt. Er zijn ook gemeenteleden! Onderling pastoraat; er wordt steeds meer over gesproken. Samenlevingspastoraat kan je meer verbreden. Hoe verhoudt zich Dorpskerkenbeweging met zoeken naar nieuwe/andere verbindingen (zonder schotjes GV of pastoraat) en de missionaire taak van de kerk? Mark Schippers: het is belangrijk er te zijn voor het héle dorp. Diaconaat is bv. soep brengen als het slecht gaat, bij nood. Maar men ziet het niet als een luisterend oor zijn. Belangrijk dat te zien en te doen, zodat samenlevingspastoraat vorm kan krijgen. Mensen een beetje leren luisteren: de 1e stap naar samenlevingspastoraat. Vanuit bewogenheid luisteren, zonder oordeel. Mensen zien als Gods schepping. Missionair? Dat hangt af van hoe je het invult. Marjo: komt zelf niet uit de provincie, en merkt hoe ontwricht de samenleving hier is door de aardbevingsproblematiek. Dat speelt ook in de kerkgemeenschap. Hoe men (niet) opgevangen is; bang om

ook in de kerk over aardbevingen te spreken/horen. Wat kunnen wij dan doen om die warme rol te hebben die in de gemeenschap gemist wordt? Zou heel graag meer kerkleden willen helpen: trainen, coachen, gesprek aangaan met anderen zonder oordeel. Liebrecht: grappig dat sommige termen anders gebruikt worden. Maar er zijn ook andersdenkenden. Samenlevingspastoraat: de luiken gaan meer open. Jake Schimmel: missionair zijn = Gods missie (liefhebben van de wereld) door vertellen en doen, er zijn voor je omgeving. Dan komt je geloof automatisch mee. Mooi hoe Liebrecht en GV-ers elkaar daarin aanvullen. Heeft dit ook verandering in je eigen gemeente gebracht? Liebrecht: in april ’19 in Winschoten begonnen. Een aantal stond op, organiseerde mannenavonden en nodigden iedereen uit. Er waren gesprekjes, vertrouwen ontstond; zo zijn mensen in de gemeente gekomen. ‘Als dít geloof is …’. In zijn vorige gemeente (BGAppingedam) wilde een aantal hem ondersteunen, stelden zich open voor bepaalde onderwerpen/avonden. Men werd zich meer maatschappelijk bewust en ging zich verder uitstrekken dan de eigen groep.

  1. Afronding Liebrecht: wat is de insteek voor een volgende keer? Diverse collega’s benaderen, verder uitbouwen? Kerken van Groningen: weten van elkaar, elkaar vinden. Heeft genoten van zijn contacten tot nu toe. Zou waarderen als dit een vervolg krijgt. Samenlevingspastoraat verder ontwikkelen – daar hebben we jullie input bij nodig. Ideeën? Vanuit de zaal: – neem volgende keer mensen uit je gemeente mee; – als samenlevingspastoraat werkt, is de gemeente betrokken, nu is het nog een domi’s ding; – mooi als andere initiatieven genoemd worden, erbij betrokken worden; – zou mooi zijn als er ook een speciale dag voor boeren komt Marjo: besef dat vragen altijd anders zijn per gebied. Het hangt erg af van wat daar speelt.

Liebrecht: wordt vervolgd! Bedankt, voor jullie aanwezigheid en bijdrage. Speciaal dank voor bijdrage Dirk (geluid/techniek); Marco voor gebruik gebouw en koffie. Marjo: jij ook bedankt Liebrecht! Liebrecht: het was een verrijkend gesprek. Sluit af met gebed.